EU-verordening 2024/1781
Nieuwsbrief
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van ons nieuws.
"*" geeft vereiste velden aan
EU-verordening 2024/1781
De EU-verordening 2024/1781, ook wel bekend als Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR), is per 18 juli 2024 als framework gepubliceerd. De verordening vervangt grotendeels de eerdere Ecodesign-richtlijn 2009/125/EC en bouwt hierop voort. In de eerdere verordening zijn eisen opgenomen voor energie gerelateerde producten, waarbij geldt dat onder de nieuwe verordening een beperkt aantal artikelen nog steeds relevant blijft tot en met 31 december 2030.
Op termijn zal de eerdere verordening volledig vervangen worden door de nieuwe verordening, waarbij als grootste contrast geldt dat in plaats van enkel regels voor elektronische apparatuur. Ecodesign regels zullen worden gesteld voor alle fysieke producten die in de EU op de markt worden gebracht. Vanwege het brede toepassingsbereik gaat deze verordening grote gevolgen hebben voor alle bedrijven die binnen de EU producten op de markt brengen.
Door meer transparantie te eisen en met het doel om ervoor te zorgen dat duurzame productie de norm wordt. Vormt deze verordening een essentieel onderdeel van de Europese Green deal, die streeft naar een klimaat neutrale en circulaire economie in 2050. Vanwege het grote toepassingsbereik wordt de verordening stapsgewijs ingevoerd. Hieraan geeft de Europese Commissie invulling door een werkplan op te stellen waarin prioritering wordt vastgesteld voor bij welke industrieën ecologische ontwerpeisen relevant worden. Per juli 2025 zullen de eerste specifieke productregels van kracht gaan, waarbij ijzer, staal, aluminium, textiel, meubelen, banden, detergenten, verven, smeermiddelen, chemische stoffen, energie gerelateerde producten en informatie- en communicatietechnologie de prioriteit hebben. Bedrijven moeten zich voorbereiden op de komst van deze regels door hun productieprocessen aan te passen en de relevante informatie over hun producten te verzamelen.
1. Uitbreiding van productdekking en uitzonderingen
De vorige verordening was beperkt tot energie gerelateerde producten zoals koelkasten, wasmachines en batterijen, maar de nieuwe vorm omvat nu een veel breder scala. Alle fysieke producten moeten gaan voldoen aan strenge ecologische ontwerpvereisten, die gericht zijn op duurzaamheid en het verminderen van de milieu-impact. Uitzonderingen zijn; levensmiddelen, voedsel en diervoeders, geneesmiddelen (mens en dier), levende planten en dieren, producten van menselijke oorsprong, producten uitsluitend bedoeld voor nationale defensie en voertuigen die vallen onder specifieke EU-wetgeving.
2. Ecodesign-eisen
Producten moeten voldoen aan strikte ecologische eisen die gericht zijn op duurzaamheid, betrouwbaarheid, herbruikbaarheid, upgradebaarheid, repareerbaarheid, energie- en hulpbronnenefficiëntie en de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen. Dit betekent dat producten langer moeten meegaan, eenvoudiger te repareren moeten zijn en minder energie en grondstoffen moeten verbruiken tijdens hun levenscyclus.
3. Digitaal productpaspoort
Een belangrijke ontwikkeling is de introductie van een digitaal productpaspoort. Dit paspoort wordt op termijn verplicht voor alle producten die onder de verordening vallen. Elk product krijgt een unieke identificatiecode die toegang biedt tot uitgebreide informatie, zoals de technische prestaties, gebruikte materialen, herkomst, recycleerbaarheid en reparatie-instructies. Het doel hiervan is om de transparantie van producten te vergroten, zodat consumenten en bedrijven beter geïnformeerde keuzes kunnen maken en recycling- en hergebruikmogelijkheden worden verbeterd.
4. Verbod op vernietiging van onverkochte producten
Op nog te bepalen datum aan de hand van een door de Europese Commissie vastgestelde uitvoeringshandeling geldt dat marktdeelnemers, niet zijnde een micro-onderneming of middelgrote onderneming, informatie moeten verstrekken over goederen waar zij zich rechtstreeks van ontdoen. Onder andere het gewicht van ontdane goederen, de reden van ontdoen en maatregelen om dit in de toekomst te moeten voorkomen moeten worden vermeld. Vanaf 19 juli 2026 gaat een verbod gelden op het vernietigen van onverkochte consumptiegoederen, zoals kleding en schoeisel, tenzij specifieke omstandigheden dit rechtvaardigen. Deze maatregel heeft als doel de verspilling van waardevolle middelen tegen te gaan en draagt bij aan het verminderen van de milieu-impact van consumptiegoederen. Middelgrote ondernemingen zijn van deze verplichtingen vrijgesteld tot 19 juli 2030. Kleine ondernemingen zijn volledig vrijgesteld.
5. Transparantie en rapportageverplichtingen
Fabrikanten, importeurs en distributeurs worden verplicht om uitgebreide rapportages bij te gaan houden. Hierin moeten de hoeveelheden aan producten die op de markt worden gebracht en bijbehorende afvalbeheer– en recyclinggegevens opgenomen worden. Deze verplichting is bedoeld om de transparantie van de productieketens te verbeteren en de naleving van de ecodesign-eisen te waarborgen. Ook aan de hand van etiketten op hun producten zullen producenten informatie moeten verstrekken over de ecologische prestaties van hun producten.
6. Groene overheidsopdrachten
De verordening stelt ook criteria vast voor duurzame aankopen door overheidsinstanties. De vraag naar duurzame producten zal hiermee worden verhoogd en geldt als extra stimulans voor bedrijven om te investeren in duurzamere productiemethoden.
Heb je nog aanvullende vragen of wil je een passend advies? Onze adviseurs helpen je graag verder, neem gerust contact op!
Junior adviseur